Glanzende houten vloeren met messing en groef lijken misschien de standaard voor oude huizen, maar dat was niet altijd het geval, zoals een reis door de geschiedenis van houten vloeren illustreert.
Bij historische interieurs denken veel mensen aan kamers met uitgestrekte glanzende houten vloeren, versierd met oosterse tapijten. Dit beeld is slechts gedeeltelijk juist Pas aan het eind van de 19e eeuw werden die vloeren gemeengoed. Voor die tijd was hout inderdaad het meest gebruikte materiaal voor vloeren, maar het zag er veel bescheidener uit dan je zou verwachten. Ben je op zoek naar houten vloeren in Delft? Lees dan verder.
Van dik hout zaag je planken
De overheersende methode om dimensionale planken te maken was het zagen van de boomstammen tot planken. Hiervoor waren twee mannen nodig: De ene stond in een kuil onder een enorme boomstam die in het vierkant was gezaagd, terwijl de andere er bovenop ging zitten. Samen duwden en trokken ze aan het uiteinde van een lange zaag, nauwkeurig de krijtlijnen volgend die de richting van de zaagsnede aangaven. De ruw gezaagde planken werden netjes naast elkaar gelegd en in de dwarsbalken van de vloer genageld.
De vloerdelen werden tegen elkaar gestoten, ontstonden er door schommelingen in temperatuur- en vochtigheid spleten tussen de planken, waardoor vochtige, koude lucht vanuit de kelder de woonruimte kon binnendringen. Dit werd uiteindelijk verholpen door de lange kant van de plank te schaven met een L-profiel dat in elkaar viel met de plank ernaast. Wanneer het hout nu kromp en uit elkaar trok, werd de opening verborgen door de rand van de plank ernaast.
Decoratieve versieringen
Toen decoratief geschilderde interieurs in de 18e eeuw populair werden, werd deze techniek ook toegepast op houten vloeren. Ze konden monochroom of fantasievol versierd zijn, waarbij geometrische patronen zoals dambordpatronen een blijvende favoriet waren.
Een ander voordeel van de Industriële Revolutie was de uitvinding van door stoom aangedreven machines die de massaproductie mogelijk maakten. Nu kon timmerhout in vaste lengtes en breedtes worden gefreesd, waardoor vloeren sneller konden worden gelegd en er veel beter uitzagen.
Het vervangen van de vloeren is een veel voorkomende renovatie voor eigenaars van oudere, vooroorlogse huizen en herenhuizen. Houten vloeren en in naoorlogse gebouwen parketvloeren – beide kunnen verslijten en er moe uitzien.
Houten vloeren kun je beter vervangen
Daarmee bespaar je kosten, het karakter van het gebouw blijft bewaard en het is duurzamer.
De oude vloeren kun je het beste vervangen met planken van dezelfde breedte en lengte. De hele oude vloer moer er dan uit en een nieuwe vloer moet worden opgebouwd. Daarbij kunnen problemen als het wel of niet egaal zijn van de oude vloer opgelost worden.
Je nieuwe houten vloer past bij het interieur, juist omdat het weer een houten vloer is. Alleen het piepen en kraken zal voor het grootste deel verdwijnen. Ook de kieren en naden zijn weg.
Bron: Vloerendeur