De Sint is het land alweer uit en dat betekent dat de Kerstman bijna zijn opwachting maakt. Tijd om de kerstversieringen uit de kast te trekken! Misschien wil je dit jaar met kersthuisjes wel je eigen kerstdorp gaan bouwen. Een heel leuk klusje, maar soms kan het wel een beetje lastig zijn. Wij geven je vier tips zodat het dorpje dit jaar gegarandeerd legendarisch wordt.
Tip 1: Begin met een plan
Plannen is belangrijk. Waar past het kerstdorp bijvoorbeeld precies? Niet iedereen heeft natuurlijk de ruimte om een hele tafel of dressoir vrij te maken voor het winterse tafereeltje. Gelukkig is dit zeker niet noodzakelijk. Een kerstdorp kun je ook maken op een vensterbank of onder de kerstboom. Vooral die eerste is leuk, want dan kunnen de buren ook meegenieten. Let er dan wel op dat je een redelijk diepe vensterbank hebt (bij voorkeur dieper dan 30 centimeter), anders wordt het misschien te krap.
Denk ook alvast na over het thema van het kerstdorpje. Alles moet natuurlijk wel een beetje bij elkaar passen. Werk jij bijvoorbeeld met een kermisthema? Maak je een wintersportdorp? Of juist een Victoriaans kerstdorp? Het kan allemaal.
Tip 2: Verzamel alle onderdelen
Eén van de leukste dingen is het verzamelen van alle onderdelen. Welke kersthuisjes vind je leuk genoeg om in jouw dorp neer te zetten? Als je van tevoren je plan hebt gemaakt, weet je als het goed is precies hoeveel ruimte je hebt en wat de afmetingen van de huisjes ongeveer kunnen zijn. Dan kan het shoppen beginnen! Er zijn talloze verschillende kersthuisjes, soms echt in de vorm van een huisje, soms beelden ze weer hele andere taferelen uit. Je kunt het zo gek nog niet bedenken of er zijn huisjes van: stations, reuzenradjes, vliegtuigjes en nog veel meer.
Het leuke van kersthuisjes is dat ze meestal voorzien zijn van led-verlichting. Hierdoor kun je de huisjes ook altijd gebruiken als extra kerstverlichting. Bovendien geeft de verlichting de huisjes net even dat extra knusse en gezellige gevoel waar je in de kerstperiode zo naar verlangt. Naast de huisjes wil je ook dat je dorp wat meer aangekleed is, dus schaf vooral ook genoeg kleine poppetjes en boompjes aan. Een dorpje zonder ‘mensen’ ziet er ook maar zo saai uit.
Tip 3: Zorg voor voldoende stroom
Wat ga je doen om de verlichte kershuisjes van stroom te voorzien? En heb je wel zo veel stroomvoorzieningen? Wij raden je altijd aan om te werken met verlengsnoeren, zodat je zeker weet dat je genoeg stroomvoorzieningen hebt bij je dorpje. Het handigst is om gebruik te maken van een stekkerdoos met on/off-schakelaar. Zo zet je in één klap het dorp aan als je ’s ochtends doodmoe je bed uit gerold komt. Scheelt een hoop gedoe! Overigens zijn er ook huisjes die op batterijen werken. Nóg handiger, want dan heb je helemaal geen last van dat gedoe met die snoeren.
Tip 4: Werk vanuit een middenpunt
Je hebt genoeg stroom, de huisjes zijn uitgezocht en het dressoir is leeggeruimd: het plaatsen van de kersthuisjes kan beginnen! Misschien wel het leukste onderdeel van het proces, maar ook iets waar je goed over na moet denken. Onze gouden tip is om te werken vanuit een middenpunt, omdat je zo houvast hebt. Houd met het plaatsen van de figuurtjes en huisjes ook rekening met scènes. Als je kleine brandweermannetjes gaat neerzetten, moet er bijvoorbeeld wel ergens vuur zijn, anders ziet dit er een beetje raar uit. Dit zijn de kleine details die van jouw kerstdorp een perfect dorpje maken.
Met onze vier tips bouw je het leukste kerstdorp. Daar kan het tuincentrum nog wel wat van leren. We wensen je alvast fijne feestdagen.